DAG 41: De economie van Middelland II

11 minuten leestijd

Voor mijn les over de kleinschalige nieuwe economie ben ik weer wat dieper in de boeken, kranten en cijfers gedoken. Als ik mijn cursisten vraag naar hun kennis over dit onderwerp, dan blijken de meesten er meer van af te weten dan ik. Ik kan dus beter achter in de klas plaats nemen, maar in elk geval veel van hun kennis profiteren. Misschien moet ik een deel van het lesgeld maar terug betalen. Eén cursist heeft bij een oliemaatschappij gewerkt en weet veel van pensioenen, een ander werkt bij Robeco, een derde was manager bij een woningbouwcorporatie en weer anderen hebben economie als vak tijdens hun opleiding gehad of geven les in bepaalde aspecten van de economie.
Mijn inleiding begin ik met de actualiteit: het burgemeestersdebat dat op 15 november in Amsterdam werd gehouden. Paul Gerretsen en Jaap Modder van de Vereniging Deltametropool (Rotterdam) grijpen die gelegenheid aan voor een opinie. Ik lees voor: “Wordt het niet eens tijd om stad en bestuur te vernieuwen? De economie zit dan weliswaar in de stad, maar die nieuwe economie stelt wel hele nieuwe eisen aan de stedelijke inrichting. De ‘energieke samenleving’ is gearriveerd. Burgers gaan hun eigen zaken zelf regelen.”
Ik kijk de cursisten aan. Bijna allemaal nieuwe burgers die hier zijn om over een nieuwe economie na te denken. Ik noem wat interessante boeken die met ons onderwerp te maken hebben:

  • If mayors ruled the world van Benjamin Barber. Aboutaleb is er al voorzichtig mee begonnen.
  • Postcapitalism, a guide to the future van Paul Mason. Peter de Waard refereert er aan in de Volkskrant. Mason noemt drie redenen waarom het kapitalistische systeem in zijn ogen ten dode is opgeschreven:
    1. De behoefte aan arbeid vermindert;
    2. Het prijsmechanisme zal niet meer werken. Steeds meer goederen en diensten zullen gratis en in overvloed beschikbaar zijn;
    3. De markt zelf doet haar werk niet meer. Door de opkomst van coöperaties, crowdfunding, kredietunies, enz.
  • Verandering van tijdperk door Jan Rotmans. Hij beschrijft de geschiedenis van de economie. Over het huidige financiële systeem schrijft hij dat dit systeem drie problemen kent:
    1. Er zit geen rem op de omvang van de financiële sector;
    2. Er zit geen rem op de geldhoeveelheid in goede tijden;
    3. Geld wordt structureel volgens een beperkte, onvolledige logica toegewezen.
    Hierna geeft hij aan dat het financiële systeem in een transitiefase zit om tot slot een alternatief 3.0 systeem te bepleiten. Daarbij noemt hij twee mogelijkheden: full reserve banking (splitsing van een betaal- en investeringsrekening) en free banking (eigen munt). En op bladzijde 184 spreekt hij de burgers aan die ‘change agents’ worden.
  • Het nieuwe stadmaken door o,a. Joost Beunderman. Dit boek beschrijft het ondernemerschap van het stadmaken, financiering van de uitkomsteneconomie en het geeft aardige praktijkvoorbeelden van nieuwe economische activiteiten. Beunderman heeft het over het Engelse Big Society-beleid, de ‘doe-democratie’, en de Community Rights, de nieuwe burgerrechten die ook langzaam in ons land hun intrede doen.

Al eerder schreef ik dat het slecht gaat met de inkomsten van de gemeenten. Er is sprake van miljardentekorten. 248 euro per inwoner volgens Nederland Lokaal. Het COELO van de Universiteit van Groningen heeft hierover de meeste bruikbare gegevens. Wat Rotterdam betreft moet je bij de Rekenkamer Gemeente Rotterdam zijn. Die levert scherpe kritiek op het financiële beleid van Rotterdam. Interessant is ook het rapport ‘Inspraak zonder uitspraak’ (juli 2015) over het gebrek aan burgerparticipatie bij de gebiedsplannen van de nieuwe gebiedscommissies.
IMG_7214
Waarom geen kattenbelasting?
Alle reden om anders over de nieuwe economische aanpak in wijken en buurten na te gaan denken. Om als ‘change agents’ actief te worden. Ik stel de cursisten voor om te gaan brainstormen over een nieuwe begroting voor een stadsdeel. Op het bord schrijf ik dat gemeenten driekwart van de taken van de overheid uitvoeren. De grootste inkomstenbron is de bijdrage uit het Gemeentefonds: 34,4 procent in 2013. Heffingen leveren gemiddeld 16,4 procent op. De gemeenten hopen in 2015 8,8 miljard aan heffingen binnen te halen. Voor 4,1 miljard daarvan leveren gemeenten een tegenprestatie. Dat noemt men retributies, zoals afvalstoffenheffing en bouwleges. Marcel Mos van D66 vertelt ons over de oude begroting van de deelgemeente. Daar was ruim € 33 miljoen in omloop. De belangrijkste inkomsten waren de bijdrage van de gemeente (vergelijkbaar met het Gemeentefonds van het Rijk) en heffingen. De uitgaven gingen voor 50 procent naar ‘sociaal’; 25 procent naar ‘fysiek’ (o.a. straten en buitenruimte) en 25 procent naar bestuur. Posten als veiligheid en onderwijs werden vooral door andere overheden betaald.
We stoeien wat met vergelijkingsmateriaal en zijn voorzichtig, want vaak gaat het om ‘appels en peren’. Ik vermeld de begrotingsomvang van diverse gemeenten met inwonersaantallen die vergelijkbaar zijn. Rotterdam heeft grofweg een begroting van € 4,4 miljard en ± 610.000 inwoners. Delfshaven 74.000 inwoners. Gouda, ongeveer net zoveel inwoners als Delfshaven, heeft een begroting van ± € 266 miljoen. Middelland telt ruim 12.000 inwoners en kun je vergelijken met een regio-gemeente als Cromstrijen.
Eerst is er behoefte om wat algemene kanttekeningen te maken. Ik citeer er enkele:

  • “De behoefte van de wijk moet het uitgangspunt van de wijkeconomie zijn.”
  • “Je moet nadenken over de vraag hoe je slim kan sturen? De Alliantie doet dat goed op de West Kruiskade.”
  • “Maak een koppeling tussen sociaal en economie.”
  • “Je kunt ook veel bereiken zonder geld uit te geven.”
  • “We zouden mensen moeten stimuleren om hun geld meer in de eigen buurt uit te geven.”

Vervolgens filosoferen we over andere inkomsten, in aanvulling op de feiten over de begrotingen van de gemeenten en de inmiddels opgedoekte deelgemeenten. Een aardig voorbeeld is een wijkfonds waarin wijkinitiatieven potentiële financiers ontmoeten. De RABO Bank bijvoorbeeld, de woningbouwcorporatie, of een fonds. De financiële inbreng mag ook vertaald worden naar ingebrachte uren en kennis. WIJF Delfshaven is goed bezig. Ga voor meer info daarover naar: http://democraticchallenge.nl/experiment/wijf/
Inkomsten kunnen ook komen van subsidies en fondsen. Het effect van de inbreng van vrijwilligers zou in een begroting tot uiting moeten komen.
Als laatste informeer ik naar inkomsten uit huur en grond. Ron zegt dat daar in het verleden veel geld in om ging, maar dat veel corporaties vandaag de dag minder goed bij kas zijn. Ze moeten bijdragen aan het wanbeleid van andere corporaties en een belangrijke manier om zelf inkomsten te verwerven is door de verkoop van huurhuizen.
We besluiten de les met het bespreken van een aantal krantenknipsels die over geld gaan.

  • ‘Stad klaar voor wietteelt’. (AD 17/4/2015) Dat kan een omzet van € 90 miljoen opleveren. Legaal telen zou ik een activiteit van de wijk kunnen worden.
  • ‘Elf juweliers in één straat? Alarm!’ (De Volkskrant 9/7/2015) Stem je beleid af op het afpakken van de buit van criminelen. In Rotterdam bedroeg de vangst in één jaar 5,3 miljoen euro, tien auto’s en vijf horloges van elk 100.000 euro. Ook werden 221 hennepkwekerijen ontmanteld. Dat brengt een van de cursisten op het idee om coffeeshops in de buurt te tolereren mits ze bereid zijn fors in de wijk te investeren.
  • ‘Migranten sturen 413 miljard euro naar huis: de groei is er uit.’ (NRC 14 /4/2015) Hoeveel zou dat in een wijk zijn die voor meer dan de helft uit migranten bestaat? Zou je deze groep niet kunnen vragen om een klein percentage van dat bedrag aan te wijk te schenken? “Dat gaan ze nooit doen” reageert een van de aanwezigen. O nee? Ik vertel dat ik meerdere mensen ken die graag iets terug doen voor het feit dat ze indertijd hier werden opgevangen.
  • “Pensioenfonds moet ons geld hier investeren” (AD 15/4/2015). Ja, waarom nodigen we pensioenfondsen niet uit om ze voor onze plannen en projecten te interesseren?
  • ‘Een zetje in de rug door een rijkaard’ (AD 5/3/2015). Dat noemen ze ‘angel investors’. “We weten dat ze er zijn en dat ze willen helpen” zegt wethouder Struijvenberg. Het is een kwestie van listen verzinnen om bemiddelde burgers voor goed onderbouwde plannen te paaien.

We praten ook nog over vormen van buurtheffingen. Marcel Mos legt uit dat kattenbelasting een leuke optie is, maar wettelijk niet toegestaan. Toch mag ons dat er niet van weerhouden om na te denken over nieuwe en andere heffingen en de vraag hoe je daar wel toestemming voor kunt krijgen.
In het kader van de brainstorm roept Marieke: “Geen tanks”. “Juist wel” antwoord ik. “We hebben een sterk legertje nodig om aanpalende wijken in te lijven.” Gelach. “Ik zei toch dat we anders moet leren denken. Daar horen dit soort oefeningen bij.

Previous Story

DAG 40: Middelland is geen Parijs

Next Story

DAG 42: Kafka in Middelland